Logo Zoeken
Artikel

Verholen of verscholen: Ongemakkelijke betekenissen

7 januari 2025Bert Pol

In de jaren dertig van de vorige eeuw werd de Southern State Parkway aangelegd, die New Yorkers een snelle verbinding met de stranden van Long Island bracht. Maar de viaducten over deze Southern State Parkway waren zo laag dat bepaald niet alle New Yorkers ervan konden profiteren. Alleen personenauto’s bleken er namelijk onderdoor te kunnen rijden. Autobussen niet. Dat betekende dat Afro-Amerikanen en latino’s geen gebruik konden maken van die snelle verbinding met de fraaie stranden van het Jones Beach State Park, simpelweg omdat zij geen auto hadden en er zich ook geen konden veroorloven. Dat riep de vraag op, of die viaducten met opzet zo laag ontworpen waren. Was het, met andere woorden, de verholen bedoeling van de ontwerper of zijn opdrachtgevers om deze mensen van de stranden weg te houden? [1]

Afb.kennisartikel)c8_950x635px.jpg

Artefacten – door mensen ontworpen voorwerpen – kunnen, in semiotische termen, betekenaar zijn die een betekenis genereren. Dat wil zeggen dat ze, net als woorden, schilderijen en gedichten kunnen verwijzen naar iets anders, zoals een concept. De betekenaar is zintuigelijk waarneembaar: je kunt het zien, aanraken, proeven of horen. De betekenis – het concept – niet: dat is een mentale representatie. Bijvoorbeeld gemak, exclusiviteit, een verbod, ontspanning. 

Het artefact kan betekenaar zijn van praktische concepten, bijvoorbeeld een verkeerbord dat verwijst naar ‘oppassen, overstekende schoolkinderen’, of een blauwe streep die verwijst naar ‘alleen gedurende de aangeven tijd parkeren met een blauwe schijf.’ Een betekenaar kan ook verwijzen naar een betekenis die op verschillende manieren geïnterpreteerd kan worden. Zoals de viaducten over de Southern State Parkway voor de een kunnen verwijzen naar gemak, voor ander naar discriminatie. Discriminatie is een verholen betekenis hebben die een moreel doel of ambitie van een ontwerper of diens opdrachtgevers dient. Dat kan zelfs zonder dat de ontwerper of diens opdrachtgevers zich daarvan bewust zijn. 

Parkeergarages bij ziekenhuizen

In dat licht zijn openbare parkeergarages bij ziekenhuizen een interessante, dan wel navrante casus. Dat ziekenhuizen tegenwoordig vaak een openbare parkeergarage hebben, is op zichzelf mooi. Dat stelt je in staat dichtbij het ziekenhuis te parkeren zodat je niet naar een vrije parkeerplek in de omgeving hoeft te zoeken. Vaak zijn mensen toch al gestrest als ze voor een onderzoek of ingreep naar het ziekenhuis moeten. Maar openbare parkeergarages bij ziekenhuizen zijn niet gratis. 

Doorgaans ben je per uur 2,50 euro kwijt. Een bezoek aan een ziekenhuis kost je dan gemiddeld al gauw meer dan 5 euro. Vergeleken met de torenhoge parkeertarieven in grote steden, mag dat nog meevallen, maar voor wie geregeld in het ziekenhuis moet zijn, lopen de kosten behoorlijk op. En zijn ze mogelijk problematisch: wie weinig geld heeft, kan niets missen. 

In een ziekenhuis in de binnenstad zijn er mensen die voor een consult of onderzoek met het openbaar vervoer, of zelfs lopend of op de fiets komen. Anders is dat als een ziekenhuis zich niet in de stad, maar in de periferie bevindt. Er kunnen natuurlijk valide redenen zijn om een ziekenhuis buiten of aan de rand van de stad te situeren, bijvoorbeeld omdat het niet mogelijk is om binnen de stadsmuren te bouwen of te renoveren. Maar een bezoek aan een ziekenhuis in de periferie of zelfs buiten de stad, is een horde voor patiënten die de kosten van benzine en parkeren niet kunnen opbrengen. Zij zijn wel verplicht met het openbaar vervoer te komen, ook als ze slecht ter been, fragiel of niet gezond zijn. 

Voor de minder gesitueerden hangt de betekenis van betaalde parkeergarages daardoor samen met financiële draagkracht. Voor wie geld genoeg heeft, kan een parkeergarage voor gemak en toegankelijkheid staan: goed bereikbaar en altijd plaats voor je auto naast of onder het ziekenhuis. Voor financieel minder bedeelden staan ze juist voor ongemak en minder toegankelijkheid.

‘Een ziekenhuis buiten de stad is een horde voor patiënten die de kosten van benzine en parkeren niet kunnen opbrengen’

Glanzende espressomachines: luxe in het ziekenhuis

Vergelijkbaar daarmee is dat ziekenhuizen tegenwoordig een fraai ontwerp hebben: het zijn niet meer de vaak sombere gebouwen van weleer. Bij binnenkomst waan je je eerder in een hotel of de entreehal van Schiphol dan in een ziekenhuis. Compleet met koffiebar en een met zorg ontworpen café-restaurant, soms zelfs met winkels. Voor een fraaie uitstraling is zeker iets te zeggen. Een mooie omgeving is beter voor de patiënt, getuige het healing environment gedachtegoed. Maar de vraag is wat deze uitstraling betekent voor degenen die moeite hebben de eindjes aan elkaar te knopen. Voor de cappuccino uit fraai glimmende espressoapparaten, de saucijzenbroodjes, smoothies en luxe broodjes betaal je de gebruikelijke commerciële prijzen. Dat overstijgt het budget van wie krap bij kas zit, zoals mensen met een uitkering of ouderen met een schamel pensioen. 

Het resultaat is dat wat voor draagkrachtigen een healing environment is, dat voor minder draagkrachtigen eerder een deprimerende omgeving kan zijn. ‘Dit is een plek waar iemand als ik niet thuishoor’. 

Verscholen betekenis

De betekenis dat onze ziekenhuizen met hun fraaie in- en exterieur en betaalde parkeergarages vooral bedoeld zijn voor beter gesitueerden, zal niet beoogd zijn door opdrachtgevers en ontwerpers. Het stelsel van onze gezondheidszorg is doortrokken van marktdenken: een ziekenhuis moet ervoor zorgen dat het financieel gezond is. Bestuurders zien daarom niet graag dat patiënten en bezoekers de voorkeur geven aan een ander ziekenhuis. Dat geeft verlies van inkomsten. De patiënt heeft nu eenmaal keuzevrijheid. Dat is zeker het geval voor degenen die een restitutiepolis hebben die complete keuzevrijheid geeft, zij zijn niet aangewezen op de zorgverlener of zorgorganisatie waar de verzekeraar een overeenkomst mee heeft. Maar de restitutiepolis is wel de duurste optie van een zorgverzekering. Wie zich de hogere premie van deze polis kan veroorloven, moet dus well to do zijn, en dat is niet degene die moeite heeft om rond te komen.

Waar het over betaald parkeren in de parkeergarages van ziekenhuizen gaat, ligt het argument voor de hand dat daardoor ook het autogebruik beperkt wordt. Prijs is nu eenmaal een sterke gedragsbeïnvloeder. Maar ook dan geldt dat met name minder draagkrachtigen de auto zullen laten staan, terwijl degenen met een goed gevulde beurs gewoon met de auto blijven komen en er zelfs voordeel van hebben dat minder mensen met de auto komen: dan zijn er immers meer vrije plekken. 

Met het parkeerbeleid van steden is hetzelfde aan de hand. Vooral in de grote steden in het westen des lands zijn de parkeertarieven draconisch. Het op zichzelf begrijpelijke streven is de steden autoluw maken, omwille van de luchtkwaliteit en de leefbaarheid, maar het is ook een keuze met morele consequenties. De stadscentra worden er inderdaad aantrekkelijker van, maar de vraag is: wie heeft daar baat bij? Je kunt aanvoeren dat mensen met een smalle beurs toch al niet naar de luxere winkelstraten komen, maar een essentieel punt is dat je hen die mogelijkheid ontneemt. Op een verholen manier wordt voor hen de toegang tot het centrum ontmoedigd. 

De inrichting van de openbare ruimte heeft een morele component. 


[1] Peter-Paul Verbeek. Op de vleugels van Icarus. Hoe techniek en moraal met elkaar meebewegen. Rotterdam: Lemniscaat, 2014. 54-56.


Dit artikel is ook gepubliceerd in C: hét communicatiemagazine van Nederland met de laatste trends en actualiteiten, inhoudelijke rapportages, spraakmakende projecten en diepte-interviews met communicatieprofessionals. Leden van Logeion ontvangen het vakblad acht keer per jaar gratis op de mat, maar ook wanneer je niet aangesloten bent bij de beroepsorganisatie kun jij je abonneren op dit full colour blad vol vakkennis.