Logo Zoeken
Blog

Beeldbewerking en gebruik van foto’s: wat komt er kijken bij een perfect beeld?

10 maart 2021Wilmar Dik

Hoe groot moet een foto zijn voor een website en welk pixelformaat heb je nodig? Of hoe komt het dat een foto niet lekker scherp lijkt te zijn?’ Vragen waar je als communicatiespecialist nog wel eens antwoorden op zoekt. In dit blog gaat Wilmar Dik, Logeion-lid en Haagse beroepsfotograaf in op het gebruik van foto’s voor communicatiedoeleinden en -middelen.

beeldbewerking-van-fotos (002).jpg

Bottom line: voor social media of een magazine wil je perfecte beelden die passen bij je branding en doelgroep. Als beroepsfotograaf wil ik graag een blije opdrachtgever en aansluiten bij wensen en ideeën. Wat komt erbij kijken om dat voor elkaar te krijgen?

Beeldverwerking en het selecteren van foto’s
Voorafgaand aan de beeldbewerking, is het uploaden van de foto’s op een computer en het uitzoeken van de foto’s na een fotoshoot de eerste stap in het proces. Elke beroepsfotograaf zal daarmee beginnen. Het doel is om alle goede foto’s op een zo mooi en juist mogelijke manier te leveren. In een pixelformaat dat perfect past bij de behoefte en wensen van de opdrachtgever.

Na een bedrijfsfotoshoot of portetshoot, kom ik thuis met honderden foto’s. Ik bekijk de foto’s stuk voor stuk en beslis per foto of ik een beeld aanlever of weggooi.
Als de goede foto’s zijn geselecteerd, begint de beeldbewerking van de uitgekozen foto’s. Het optimaliseren van een foto bestaat onder meer uit het aanpassen van het contrast, de kleur en de witbalans. Ook kan een foto worden bijgesneden waardoor een sterkere compositie ontstaat. Door beeldbewerking ontstaat de meest ideale output van een foto. Omdat elke fotograaf alleen de allerbeste beelden naar buiten wil brengen, worden bronbestanden niet aangeleverd, maar alleen bewerkte foto’s. Alle aangeleverde foto’s zijn dus direct klaar voor gebruik. Zie het als een redactie die alleen de eindversie van een tekst publiceert. Een ruwe, eerste versie van die tekst zal er behoorlijk anders hebben uitgezien.

Hier zie je drie versies van dezelfde foto.
Picture1...jpg niet gebruikenPicture2x.jpg niet gebruikenPicture3.jpg niet gebruiken

De eerste versie is zoals die door de camera is vastgelegd. Ik zorg er graag voor dat het contrast en de kleuren niet al te extreem zijn, op die manier verlies je geen informatie. Als door een te hoog contrast bijvoorbeeld een deel van de foto is overbelicht dan kun je dat achteraf nooit meer rechtzetten. De tweede versie is bewerkt en is geschikt voor gebruik in mijn portfolio. De derde versie is door de aangepaste beeldverhouding geschikter voor social media. Door een vierkante (of staande) foto te plaatsen in plaats van het originele 3:2 formaat krijgt de foto in bijvoorbeeld LinkedIn meer ruimte. Overleg voordat je een foto bijsnijdt even met je fotograaf of hij of zij daarmee akkoord gaat. In de meeste gevallen heeft de fotograaf copyrights over de foto. En verleent de fotograaf aan jullie gebruiksrechten.

Fotoformaten: hoe groot moeten de foto’s zijn?
Geprinte media hebben meestal een ander pixelformaat nodig dan online media. Voorafgaand aan een fotoshoot is het handig overleg te hebben met je fotograaf. Dan kun je alle belangrijke details bespreken. Heb je bijvoorbeeld een header foto nodig op je website dan zal die niet heel hoog zijn. Als een fotograaf dat weet dan kan zij/hij daar tijdens de shoot rekening mee houden. Bij uitgebreidere shoots ontvangt elke fotograaf graag een fotografiebriefing. Hoe je zo’n briefing kan maken en veel tips waar je op kun letten kun je hier lezen: een fotografie briefing maken.

Er bestaan ideale afmetingen voor alle soorten fotogebruik. Zo is een foto voor social media of een website bijvoorbeeld een stuk kleiner dan een foto voor een magazine. De meeste foto’s lever ik aan in een formaat dat groot genoeg is om op een volledige A4-pagina (voor print) te vullen. Ik zorg dat de foto’s het juiste formaat hebben voor het gebruik dat de opdrachtgever in gedachten heeft. Ook lever ik vaak meerdere versies van foto’s aan. Denk aan één versie voor internet en social media en een andere voor print. Zelf bewaar ik, net zoals de meeste fotografen, de bronbestanden van de foto’s meestal nog lange tijd. Mocht je dus een jaar na de fotoshoot toch nog een foto van groter formaat nodig hebben, dan kan dat.

Aantal MB’s per foto versus pixelformaat
Het is een misverstand dat Megabytes (MB; niet te verwarren met ‘MP’- Mega Pixels) veel zeggen over de kwaliteit van een foto. Het pixelformaat zegt veel meer over een foto dan het aantal MB’s. Een foto met een groot pixelformaat is over het algemeen wel ‘zwaarder’ dan een foto met minder pixels. Er zijn echter ook andere variabelen die mee spelen. Wil je dus een minimale grootte van foto’s van de ingehuurde fotograaf, vraag in een fotografiebriefing dan om een minimaal pixelformaat, en niet om bijvoorbeeld minimaal 2 MB.

De meeste foto’s zijn opgeslagen als JPG (Joint Photographic Group). Het opslaan van een foto als JPG zorgt voor (aanpasbaar) kwaliteitsverlies. Een JPG-foto die rechtstreeks vanuit een bronbestand wordt gegenereerd, zal minder zwaar en kwalitatief beter zijn dan dezelfde JPG-foto die wordt gegenereerd vanuit een andere JPG-foto. Goed om te weten: hoe vaker een JPG-foto opnieuw word opgeslagen, hoe zwaarder de foto zal worden en hoe lager de kwaliteit wordt. Elke keer als je een aanpassing doet aan een foto zal deze opnieuw worden opgeslagen. Als een JPG-foto eenmaal in een wat lagere kwaliteit is opgeslagen, zul je de hogere kwaliteit niet meer terug kunnen halen. Hoe zwaar een JPG-foto is heeft ook te maken met wat op de foto is te zien. Een effen muur zal wat opslag betreft een stuk kleiner zijn dan een grasveld. Hoe meer details in een foto, hoe meer opslagcapaciteit de foto nodig heeft.

Hieronder twee voorbeelden.
Wilmarvoorbeeld1.jpg
De eerste foto is rechtstreeks gegenereerd vanuit een bronbestand en is 71 KB.
Wilmarvoorbeeld5.jpg
De tweede foto (zichtbaar van lagere kwaliteit) is vijf keer opnieuw opgeslagen als JPG-bestand en is 102 KB.
De opslagvariabelen zijn aanpasbaar. Het aantal KB’s/MB’s zegt dus niet altijd iets over de kwaliteit van een foto.

Foto voor websitegebruik en internet
Wil je een foto gebruiken voor internet? Dan is het fijn als de foto op een scherm zichtbaar is op 100 procent. Een standaard computerscherm is tegenwoordig 1920x1080 pixels (Full HD). Schermen van tablets en telefoons zijn meestal kleiner. Wil je dus een foto over de volledige breedte van een website hebben? Dan moet die minimaal 1920 pixels in de breedte zijn. Een foto van een beroepsfotograaf heeft meestal de beeldverhouding 3:2 (of 2:3 bij staande foto’s). De grote foto’s op mijn bedrijfsfotografie website zijn 1290 x 860 pixels. Die foto’s hebben dus de originele beeldverhouding van 3:2. Zoals je kunt zien kunnen de foto’s niet veel groter worden afgebeeld. Dan zullen de meeste gebruikers de foto’s namelijk niet goed in zijn geheel kunnen bekijken. Tenzij jouw doelgroep over het algemeen werkt met grotere schermen. Zo heeft mijn portfolio website wilmardik.nl op de homepage bijvoorbeeld grotere foto’s. Die zie je pas echt goed wanneer je een scherm hebt met 2560x1440 pixels, ook wel Quad HD genoemd.

Waar het mis kan gaan
Het is belangrijk dat het pixel formaat van een foto overeenkomt met de ruimte die een foto op een website krijgt. Als je dus bijvoorbeeld een header foto van 1920x400 pixels nodig hebt, plaats dan op die plek ook een foto met exact dat pixel formaat. Als je dus een foto van een fotograaf krijgt aangeleverd met een beeldverhouding van 3:2 dan zul je die foto moeten bijsnijden. Je kunt in bijvoorbeeld Wordpress wel aangeven dat de foto kleiner geplaatst moet worden, maar het beste is om een foto op 100 procent weer te geven. Als je een foto van bijvoorbeeld 1200x800 pixels laat verschijnen op een plek van 900x600 dan is de foto (en dus de opslag) groter dan nodig is. Als je dezelfde foto laat zien op een plek van 1800x1200 pixels dan zal de foto onscherp overkomen. De kijker ziet die foto dan namelijk op 150 procent.

Foto’s voor drukwerk
Een foto die gedrukt wordt, is meestal groter dan een online versie van diezelfde foto. Drukwerk heeft meestal een resolutie van 300 DPI. Dat zijn 300 ‘dots per inch’; puntjes per inch (2,54 cm). Dus 118 puntjes per cm. Een voorbeeld: de lange kant van A4 is 29,7 cm. Deel je dat door 2,54; dan is 29,7 cm dus 11.69 inch. Als je dat A4-oppervlak dus wilt bedrukken met 300 puntjes per 2,54 cm, dan heb je (11.69 x 300=) 3507 pixels nodig aan de lange kant. Een cover van een gemiddeld printmagazine is vaak net iets groter dan A4-formaat. Hiervoor heb je dus een foto nodig van minimaal 3600 pixels aan de lange kant.

Foto’s voor canvas op een beurs
Soms worden foto’s gebruikt voor een groot canvas, bijvoorbeeld voor een beurs of poster. Dan worden foto’s tijdens de beeldbewerking ‘geïnterpoleerd’, het groter maken of opblazen van foto’s. Dit kan het beste door gebruik te maken van het originele RAW- of TIFF- fotobestand. Photoshop kan een bestand uitrekenen dat vele malen groter is dan de originele foto. Foto’s op canvas hebben meestal geen kwaliteit van 300 DPI. Omdat die foto’s van een grotere afstand worden bekeken, zijn minder punten per inch nodig. Meestal ligt dat aantal ergens tussen 100 en 200 DPI.

Beeldbewerking: een staaltje vakwerk
Zoals je merkt, komt er veel kijken bij beeldbewerking. Wil je dus graag de mooiste beelden? Zorg er dan voor dat je het doel van een foto en het gebruik ervan goed voor ogen hebt. Dan kan een fotograaf de allermooiste beelden leveren, die zowel grafisch als technisch goed aansluiten bij die behoefte. Is het gebruik en wat je nodig hebt nog niet helemaal duidelijk? Laat een fotograaf dat ook weten en spreek een pixel formaat af dat groot genoeg is voor het grootste gebruik dat je in gedachten hebt, bijvoorbeeld een geprint bedrijfsmagazine.

Je kunt zijn foto’s onder meer hier bekijken: portretfotografie mensen.photo en bedrijfsfotografie reclamebeeld.nl.

fotograaf Wilmar Dik.jpg
Dit blog is geschreven door: Wilmar Dik, Haagse beroepsfotograaf.